CIH kleppen monteren

1. Begin met het rijkelijk insmeren van de inlaat klepstelen en monteer ze terug in de klepgeleider waar ze uit kwamen.
2. Monteer de klepgeleider afdichtingen over het uitstekende deel van de klepgeleider en monteer dan de klepveer en klepschotel over de klep.
   
3. Zorg ervoor dat de inlaatklepveer met de dicht opéén zittende veerwindingen beneden wordt gemonteerd.
   De inlaatklepveren zijn langer dan de uitlaatklepveren en ze zijn niet conisch.
4. Zet de klepverentang op zijn plaats en druk de veer voldoende ver in om de klepspietjes op hun plaats te leggen. Ontspan daarna de klepverentang.

1. Monteer de de onderste uitlaatklepveerzitting , de veer (grootste diameter onderaan), de bovenste klepveerzitting en de veerschotel.
2. Druk de veer in, monteer de oliekeerring en dan de spietjes.
3. Ontspan nu de klepverentang en herhaal deze werkwijze totdat alle acht kleppen in de cilinderkop zijn gemonteerd.
4. Als alle kleppen erin zitten, moeten de uiteinden van de klepstelen één of twee klapjes hebben met een zachte hamer om de spietje en andere onderdelen op hun plaats te zetten.

Lees verder op cilinderkop demonteren.