Als de cilinderkop is gedemonteerd, hetzij vanwege een revisie hetzij een controle van de van de cilindervoeringen of de kleppen bij ingebouwde motor, is het gebruikelijk om alle koolaanslag te verwijderen die op de zuigerbodems en de cilinderkop zit.
Dit kan het beste worden gedaan met een komvormige koperdraad borstel in een boormachine en het is een eenvoudige klus als de motor is uitgebouwd en de zuigers zijn gedemonteerd. Af en toe kunnen harde stukjes kool niet anders dan met een schraapstaal worden verwijdert. Als de zuigerbodem met een schraapstaal wordt behandeld, moet dit voorzichtig gebeuren om elke beschadiging van de zuiger te voorkomen.
Als de motor nog is ingebouwd, moeten er bepaalde voorzorgsmaatregelen worden genomen bij het ontkolen van de zuigerbodem om te voorkomen dat stukjes kool in de motor terechtkomen en daar schade veroorzaken aan de cilindervoeringen, zuigers en zuigerveren of – als ze in de in de waterkanalen vallen – de waterpomp beschadigd.
Draai de motor zodanig dat de zuiger die moet worden behandeld in BDP staat en dicht alle boringen en waterkanalen goed af met stevig papier en plakband. Duw vet tussen de zuiger en cilinderwand om de kooldeeltjes tegen te houden en schraap de kool er met de hand af.
Gebruik geen boortol met draadborstel als de zuiger nog ingebouwd zijn, omdat het vrijwel onmogelijk is om alle stof uit de motor te houden.
Als we klaar zijn, moet het vet rondom in de zuigerspleet zit worden verwijderd, bijvoorbeeld met een luciferstokje, waarbij tevens alle kooldeeltjes worden verwijderd. Herhaal deze werkwijze bij een andere zuigerbodem.
Het is niet aan te raden om een koolrand rondom de zuiger aan de bovenkant te laten zitten, met het idee dat dit het olieverbruik ten goede komt.
Dat idee stamt uit de tijd van de langeslag-motoren die weinig toeren draaiden maar de moderne motoren, brandstoffen en smeermiddelen veroorzaken veel minder koolaanslag en datgene wat achterblijft kan alleen maar bijdragen tot het ontstaan van hete plekken.